Vrijdagavond 2 november aanvang 18.30
Mylou Frencken
Blaas de kaarsen nog niet uit
Alleen maar heel goed kijken
Onze glazen die daar staan
Blaas de kaarsen nog niet uit
Laat het licht je huid bestrijken
Doe het donker nog niet aan
Kom en laat je verleiden door de kracht van haar scherpe observaties en de bij vlagen absurde humor in Mylou geeft licht. In de wereld van Mylou is het gewone bijzonder en het zware licht.
De Volkskrant: ‘veel genieten…spitsvondige observaties…Ze schrijft prachtige liedteksten vol originele formuleringen en vileine zinnetjes, en ze weet die ook nog eens te verpakken in zeer aanstekelijke melodieën.’
NRC: ‘wondermooie liedjes…geestige gedachtekronkels…koesterend intiem tot onverwacht grappig. Ze schrijft vorm- en taalvast. Met verrassende rijmvondsten en het talent om telkens originele formuleringen te vinden.’
GPD: ‘Mylou Frencken is de specialist van het kleinkunstlied. Kleine pareltjes schrijft ze…smaakvol…scherpe observaties in liedjes en verhaaltjes. Frencken pakt gewone, alledaagse dingen bij de hand en maakt ze bijzonder…grote klasse.’
Cabaretmagazine.nl: ‘Humor en spitsvondigheid zijn de kenmerkende ingrediënten van haar liedjes. Geestig bedacht en mooi uitgevoerd. Subtiele, vileine regels. Haar leuke theaterspel en haar fijne liedjes maken haar tot een geslaagd kleinkunstenaar…gewoon leuk.’
Het Parool: ‘Frenckens belangrijkste wapen is ontroering…wonderschone kleinkunstliedjes…hypnotiserende stem. De eigenzinnige teksten, soms zacht, soms scherp, roepen eerder beelden en gevoelens op dan verhalen.’
Mylou Frencken
Blaas de kaarsen nog niet uit
Alleen maar heel goed kijken
Onze glazen die daar staan
Blaas de kaarsen nog niet uit
Laat het licht je huid bestrijken
Doe het donker nog niet aan
Kom en laat je verleiden door de kracht van haar scherpe observaties en de bij vlagen absurde humor in Mylou geeft licht. In de wereld van Mylou is het gewone bijzonder en het zware licht.
De Volkskrant: ‘veel genieten…spitsvondige observaties…Ze schrijft prachtige liedteksten vol originele formuleringen en vileine zinnetjes, en ze weet die ook nog eens te verpakken in zeer aanstekelijke melodieën.’
NRC: ‘wondermooie liedjes…geestige gedachtekronkels…koesterend intiem tot onverwacht grappig. Ze schrijft vorm- en taalvast. Met verrassende rijmvondsten en het talent om telkens originele formuleringen te vinden.’
GPD: ‘Mylou Frencken is de specialist van het kleinkunstlied. Kleine pareltjes schrijft ze…smaakvol…scherpe observaties in liedjes en verhaaltjes. Frencken pakt gewone, alledaagse dingen bij de hand en maakt ze bijzonder…grote klasse.’
Cabaretmagazine.nl: ‘Humor en spitsvondigheid zijn de kenmerkende ingrediënten van haar liedjes. Geestig bedacht en mooi uitgevoerd. Subtiele, vileine regels. Haar leuke theaterspel en haar fijne liedjes maken haar tot een geslaagd kleinkunstenaar…gewoon leuk.’
Het Parool: ‘Frenckens belangrijkste wapen is ontroering…wonderschone kleinkunstliedjes…hypnotiserende stem. De eigenzinnige teksten, soms zacht, soms scherp, roepen eerder beelden en gevoelens op dan verhalen.’
Zaterdagavond 3 november aanvang 18.30
Paulien Cornelisse schrijft en maakt theater
Paulien Cornelisse maakt cabaret. In seizoen 2011-2012 speelde ze de reprise van haar tweede avondvullende voorstelling, Hallo Aarde. De pers over Hallo Aarde: “IJzersterk.” (De Telegraaf) “In haar observaties is ze op haar best…ze kan mooi en geestig fantaseren over alledaagse dingen waar we eigenlijk nooit bij zouden stilstaan als zij er niet was.” (NRC Handelsblad)
Haar eerste avondvullende voorstelling, Dagbraken (seizoen 2008-2009 en 2009-2010), werd enthousiast ontvangen. In de herfst van 2010 won Paulien de Neerlands Hoop, een prijs voor de meest veelbelovende theatermaker met het grootste toekomstperspectief. De jury schreef: “(…) zij is tegendraads en vernieuwend en heeft een verrassend originele geest, waaruit eigenzinnige humor rond taal en bizarre vondsten ontspruiten en waarmee zij een zaal anderhalf uur weet te boeien en te vermaken.”
In juni 2011 stond Paulien samen met Chris Bajema op Oerol, met hun voorstelling ‘Live vanuit de Stoek’.
In november 2011 won ze de TheaterAffichePrijs van het TIN, voor haar thuisgeknutselde affiche.
Paulien schreef Taal is zeg maar echt mijn ding, het boek waarvan meer dan 400.000 exemplaren werden verkocht. Onlangs verscheen En dan nog iets, het vervolg op het eerste boek. Ook dit boek verkoopt goed.
Paulien Cornelisse schrijft, onder andere in nrc.next waar ze een wekelijkse taalrubriek heeft. Ook maakt ze maandelijks een dialoog voor het tijdschrift Jan.
In de herfst van 2010 won ze voor haar schrijfwerk de Tollensprijs.
Ooit studeerde Paulien psychologie (afgemaakt) en een blauwe maandag Algemene Taalwetenschap (niet afgemaakt). Ze studeerde voornamelijk aan de Universiteit van Amsterdam, maar ook even in Boston, en in Hiroshima. Ze begon met kleinkunst bij Crea, de culturele organisatie van de UvA, en met schrijven bij Folia, het universiteitsblad. In 1995 won ze min of meer toevallig de Nationale Wetenschaps Quiz, en in 2003 won ze minder toevallig de Elle Literatuurprijs.
Paulien Cornelisse schrijft en maakt theater
Paulien Cornelisse maakt cabaret. In seizoen 2011-2012 speelde ze de reprise van haar tweede avondvullende voorstelling, Hallo Aarde. De pers over Hallo Aarde: “IJzersterk.” (De Telegraaf) “In haar observaties is ze op haar best…ze kan mooi en geestig fantaseren over alledaagse dingen waar we eigenlijk nooit bij zouden stilstaan als zij er niet was.” (NRC Handelsblad)
Haar eerste avondvullende voorstelling, Dagbraken (seizoen 2008-2009 en 2009-2010), werd enthousiast ontvangen. In de herfst van 2010 won Paulien de Neerlands Hoop, een prijs voor de meest veelbelovende theatermaker met het grootste toekomstperspectief. De jury schreef: “(…) zij is tegendraads en vernieuwend en heeft een verrassend originele geest, waaruit eigenzinnige humor rond taal en bizarre vondsten ontspruiten en waarmee zij een zaal anderhalf uur weet te boeien en te vermaken.”
In juni 2011 stond Paulien samen met Chris Bajema op Oerol, met hun voorstelling ‘Live vanuit de Stoek’.
In november 2011 won ze de TheaterAffichePrijs van het TIN, voor haar thuisgeknutselde affiche.
Paulien schreef Taal is zeg maar echt mijn ding, het boek waarvan meer dan 400.000 exemplaren werden verkocht. Onlangs verscheen En dan nog iets, het vervolg op het eerste boek. Ook dit boek verkoopt goed.
Paulien Cornelisse schrijft, onder andere in nrc.next waar ze een wekelijkse taalrubriek heeft. Ook maakt ze maandelijks een dialoog voor het tijdschrift Jan.
In de herfst van 2010 won ze voor haar schrijfwerk de Tollensprijs.
Ooit studeerde Paulien psychologie (afgemaakt) en een blauwe maandag Algemene Taalwetenschap (niet afgemaakt). Ze studeerde voornamelijk aan de Universiteit van Amsterdam, maar ook even in Boston, en in Hiroshima. Ze begon met kleinkunst bij Crea, de culturele organisatie van de UvA, en met schrijven bij Folia, het universiteitsblad. In 1995 won ze min of meer toevallig de Nationale Wetenschaps Quiz, en in 2003 won ze minder toevallig de Elle Literatuurprijs.
Zaterdagavond 3 november (aansluitend op voorstelling Pauline Cornelisse)
Dominique Engers
Dominique Engers behaalde in 1987 een finaleplaats in het Leids Cabaret Festival en studeerde in 1993 af als theaterwetenschapper. Sindsdien schreef en speelde zij meer dan 25 theatervoorstellingen voor kinderen, jongeren en volwassenen.
Zij schreef begin jaren negentig de voorstelling Helemaal alleen, een cabaretvoorstelling voor brugklassers die nog altijd een jaarlijkse tournee van 50 voorstellingen kent.
Tussen 2005 en 2007 schreef zij voor deMeezingspektakels van Bas en Ralf Grevelink, waarin ze ook meespeelde.
In 2008 schreef zij in opdracht van het Amsterdams Kleinkunstfestival de bejubelde voorstelling Tusschen Dam en Rembrandtplein, over het leven en werk van Dirk Witte.
Voor het theaterfestival Broadway Den Hoorn 2010 op Texel schreef zij de hilarische musicalpersiflage Midlife the Musical.
Dominique ontwikkelde als sneldichter een verrassende afsluitende act voor congressen, symposia, debatten en andere verbale bijeenkomsten.
Dominique Engers
Dominique Engers behaalde in 1987 een finaleplaats in het Leids Cabaret Festival en studeerde in 1993 af als theaterwetenschapper. Sindsdien schreef en speelde zij meer dan 25 theatervoorstellingen voor kinderen, jongeren en volwassenen.
Zij schreef begin jaren negentig de voorstelling Helemaal alleen, een cabaretvoorstelling voor brugklassers die nog altijd een jaarlijkse tournee van 50 voorstellingen kent.
Tussen 2005 en 2007 schreef zij voor deMeezingspektakels van Bas en Ralf Grevelink, waarin ze ook meespeelde.
In 2008 schreef zij in opdracht van het Amsterdams Kleinkunstfestival de bejubelde voorstelling Tusschen Dam en Rembrandtplein, over het leven en werk van Dirk Witte.
Voor het theaterfestival Broadway Den Hoorn 2010 op Texel schreef zij de hilarische musicalpersiflage Midlife the Musical.
Dominique ontwikkelde als sneldichter een verrassende afsluitende act voor congressen, symposia, debatten en andere verbale bijeenkomsten.
Zaterdag 3 november van 10.30 uur tot 11.30 uur (gratis te bezoeken!)
Martijn Aslander
Super-netwerker Martijn Aslander geeft op zaterdag 3 november een vrij toegankelijke lezing ter opening van Vrouw en Humor in Klif 12, Waar gaat hij het over hebben? Dat is bij hem altijd een grote verrassing. Interactief wordt het zeker en van zijn lezingen is bekend dat iedereen er altijd vol energie en ideeën vandaan komt. Het is ook een aanrader voor Texelse bedrijven en ondernemers. Doe er uw voordeel mee!
Wie is Martijn Aslander?
,,Ik houd mij bezig met het verbinden van mensen, informatie en ideeën. Dynamiek fascineert me. Net als persoonlijke ontwikkeling en groei. We leven in interessante tijden, de netwerk-en informatiesamenleving biedt grote kansen en mogelijkheden voor de mensheid. Dagelijks probeer ik die mogelijkheden te verkennen en die kennis te delen met anderen. Dat doe ik door veel bijzondere mensen te ontmoeten en die te verbinden aan elkaar, door presentaties te geven om mijn visie uit te dragen, en door mee te denken bij allerlei vraagstukken. Kijk vooral eens rond bij mijn artikelen en mail me als je een vraag hebt.”
,,Ik houd sinds een aantal jaren presentaties. Soms duren die een half uur, vaak twee uur en soms nog veel langer. Ik vind het leuk om te doen en de reacties zijn erg positief. De presentaties zijn interactief qua opzet, en ik ga de dialoog met de zaal aan. Meestal spreek ik over onderwerpen als de kunst van het verbinden en lifehacking, maar ook over communicatie, marketing, klantwaarde en creativiteit.”
,,Een van de coolste en krachtigste initiatieven waar ik ooit van gehoord heb is ‘durf te vragen’. Ik mocht vanaf het begin betrokken zijn als meebouwer en mijn netwerk en ideeën inbrengen. Het concept is kinderlijk eenvoudig. Zet een man of tien die een hulpvraag, droom of wens hebben bij elkaar in een ruimte. Laat ze vragen die ze hebben vrijuit delen, maar houdt het vooral praktisch. In no time heb je tientallen contacten en ideeën erbij en kun je verder.Vaak willen mensen koffie met mij drinken omdat ze contacten zoeken, maar meedoen aan een durf-te-vragen-sessie is vele vele malen krachtiger! Op de site kun je meer informatie vinden over waar en wanneer er bijeenkomsten zijn. Ook op Twitter is durftevragen een gevleugeld begrip geworden dat dagelijks honderduizenden mensen weet te bereiken.
Martijn Aslander
Super-netwerker Martijn Aslander geeft op zaterdag 3 november een vrij toegankelijke lezing ter opening van Vrouw en Humor in Klif 12, Waar gaat hij het over hebben? Dat is bij hem altijd een grote verrassing. Interactief wordt het zeker en van zijn lezingen is bekend dat iedereen er altijd vol energie en ideeën vandaan komt. Het is ook een aanrader voor Texelse bedrijven en ondernemers. Doe er uw voordeel mee!
Wie is Martijn Aslander?
,,Ik houd mij bezig met het verbinden van mensen, informatie en ideeën. Dynamiek fascineert me. Net als persoonlijke ontwikkeling en groei. We leven in interessante tijden, de netwerk-en informatiesamenleving biedt grote kansen en mogelijkheden voor de mensheid. Dagelijks probeer ik die mogelijkheden te verkennen en die kennis te delen met anderen. Dat doe ik door veel bijzondere mensen te ontmoeten en die te verbinden aan elkaar, door presentaties te geven om mijn visie uit te dragen, en door mee te denken bij allerlei vraagstukken. Kijk vooral eens rond bij mijn artikelen en mail me als je een vraag hebt.”
,,Ik houd sinds een aantal jaren presentaties. Soms duren die een half uur, vaak twee uur en soms nog veel langer. Ik vind het leuk om te doen en de reacties zijn erg positief. De presentaties zijn interactief qua opzet, en ik ga de dialoog met de zaal aan. Meestal spreek ik over onderwerpen als de kunst van het verbinden en lifehacking, maar ook over communicatie, marketing, klantwaarde en creativiteit.”
,,Een van de coolste en krachtigste initiatieven waar ik ooit van gehoord heb is ‘durf te vragen’. Ik mocht vanaf het begin betrokken zijn als meebouwer en mijn netwerk en ideeën inbrengen. Het concept is kinderlijk eenvoudig. Zet een man of tien die een hulpvraag, droom of wens hebben bij elkaar in een ruimte. Laat ze vragen die ze hebben vrijuit delen, maar houdt het vooral praktisch. In no time heb je tientallen contacten en ideeën erbij en kun je verder.Vaak willen mensen koffie met mij drinken omdat ze contacten zoeken, maar meedoen aan een durf-te-vragen-sessie is vele vele malen krachtiger! Op de site kun je meer informatie vinden over waar en wanneer er bijeenkomsten zijn. Ook op Twitter is durftevragen een gevleugeld begrip geworden dat dagelijks honderduizenden mensen weet te bereiken.
Zaterdag 3 november lezing (gratis te bezoeken) aanvang 13.45
Monique van 't Hek
Directeur van Plan Nederland
,,Ik ben altijd een waanzinnig harde werker geweest, ik heb altijd eindeloos lang en veel gewerkt, maar ik heb ook een gezin: ik heb drie kinderen. Mensen die mij op het werk zien, denken misschien: dat mens werkt alleen maar. Maar goed thuis komen, is voor mij heel belangrijk. Daar haal ik weer de kracht uit om me enorm in te zetten.
Mijn man is een Colombiaan. heeft een heel ander vak, hij was ingenieur bij de Colombiaanse KPN, maar ik heb hem toch ontmoet toen ik daar voor Plan werkte. Toen heeft hij al gezien hoe gedreven ik ben en hoe hard ik werk. Ik ben ook uithuiziger dan hij: ik zit weer in een bestuur hier en daar - dat is mijn karakter. Hij is rustiger.
We hebben samen twee dochters: die zijn dol op Colombia, zij vinden het geweldig daar. En hij heeft daar een hele leuke familie. Het is daarom een heel bijzonder land voor ons. Een land met een slechte naam, maar een land met echt geweldige mensen: gedreven, met humor, ze pakken aan. Echt, het team van Plan waarmee ik in Colombia gewerkt heb; dat was om je vingers bij af te likken - zo goed, gedreven en professioneel.
Colombianen zijn ondernemend, ze hebben humor, ze zijn vrolijk, er is altijd muziek, er wordt gedanst. In al die landen bestaat veel meer de extended family. We zijn in Nederland niet zo efficiënt, volgens mij: we zitten allemaal in ons kleine nucleaire thuis. En dan gaan we allemaal onze kinderen zelf naar school brengen. Daar is het wat losser en makkelijker. Iedereen heeft wel een oude tante in huis, of een neef die studeert.
Dat is een vertrouwde groep om je heen: je kunt je kinderen dus ook bij je oma of bij iemand anders laten. Je hoeft niet eindeloos oppassers te regelen. Mooi die samenleving, ik voel me daar erg thuis. Ik ben ontzettend blij, met die ongelooflijke ervaring, met de man in mijn leven, en hoe wij dat allemaal doen. Ik ben heel, heel erg blij. Ik heb een mooi en goed leven - denk ik zelf. Had slechter gekund.”
,,Wij wilden Wilders meenemen naar een van onze projecten die met overheidsgeld uitgevoerd worden. Wij zetten ons specifiek in voor meisjes, omdat zij in ontwikkelingslanden zo achtergesteld zijn omdát het meisjes zijn. Ze mogen niet naar school, ze moeten ver weg water halen, ze moeten op hun broertjes zusjes passen.
Wij weten - daar is veel onderzoek naar gedaan - dat echt iets kunt doorbreken als meisjes opgeleid worden. Later verdienen zij meer geld, en stoppen zij geld weer terug in hun gezin. Bovendien zullen zij niet meer tien kinderen krijgen, maar misschien twee, drie of vier. En ook hun kinderen worden opgeleid.
Wij hebben in tien landen een Girl Power-programma, samen met vijf andere organisaties. We zorgen dat meisjes naar school gaan, dat ze voorgelicht worden over weerbaarheid tegen geweld, in de maatschappij meedraaien en trots zijn op zichzelf. Dat kunnen we echt laten zien.
Wilders heeft helaas ‘nee’ gezegd, maar nu hebben we de VVD en het CDA uitgenodigd. Want we nemen dit echt serieus. We doen dit project in een paar islamitische landen: Pakistan en Bangladesh, maar ook in Nepal. In Afrika zitten we in Ethiopië, Liberia, Sierra Leone, Ghana en Zambia. En in Latijns-Amerika: Nicaragua, Bolivia.
In het begin was ik in de ontwikkelingssamenwerking vooral bezig op het community-niveau: met die wijken, met die dorpen, met die mensen. Dat is ongelooflijk belangrijk. Maar wat bij mij is veranderd, is het idee dat je moet samenwerken met overheden. Heel veel mensen hier denken: ‘Die overheden zijn corrupt. Dat moet je niet doen. Dat is weggegooid geld.’ Maar de overheid is degene die blijft.
Al betekent dat niet dat je de corruptie daarom op de koop moet toenemen. Je kunt eindeloos scholen bouwen, maar dat alleen is niet goed: je moet een goede leerkracht hebben, kinderen moeten ontbijt krijgen om geconcentreerd te kunnen zijn, er moeten leermiddelen zijn, er moet een weg zijn waarover de kinderen naar die school kunnen komen. Nou, noem maar op. Je móét met de overheid samenwerken. Dat is soms lastig: twee stappen vooruit, één terug. Daar moet je geduld voor hebben. Maar het is voor mij een eyeopener geweest dat dat de enige manier is.”
Monique van 't Hek
Directeur van Plan Nederland
,,Ik ben altijd een waanzinnig harde werker geweest, ik heb altijd eindeloos lang en veel gewerkt, maar ik heb ook een gezin: ik heb drie kinderen. Mensen die mij op het werk zien, denken misschien: dat mens werkt alleen maar. Maar goed thuis komen, is voor mij heel belangrijk. Daar haal ik weer de kracht uit om me enorm in te zetten.
Mijn man is een Colombiaan. heeft een heel ander vak, hij was ingenieur bij de Colombiaanse KPN, maar ik heb hem toch ontmoet toen ik daar voor Plan werkte. Toen heeft hij al gezien hoe gedreven ik ben en hoe hard ik werk. Ik ben ook uithuiziger dan hij: ik zit weer in een bestuur hier en daar - dat is mijn karakter. Hij is rustiger.
We hebben samen twee dochters: die zijn dol op Colombia, zij vinden het geweldig daar. En hij heeft daar een hele leuke familie. Het is daarom een heel bijzonder land voor ons. Een land met een slechte naam, maar een land met echt geweldige mensen: gedreven, met humor, ze pakken aan. Echt, het team van Plan waarmee ik in Colombia gewerkt heb; dat was om je vingers bij af te likken - zo goed, gedreven en professioneel.
Colombianen zijn ondernemend, ze hebben humor, ze zijn vrolijk, er is altijd muziek, er wordt gedanst. In al die landen bestaat veel meer de extended family. We zijn in Nederland niet zo efficiënt, volgens mij: we zitten allemaal in ons kleine nucleaire thuis. En dan gaan we allemaal onze kinderen zelf naar school brengen. Daar is het wat losser en makkelijker. Iedereen heeft wel een oude tante in huis, of een neef die studeert.
Dat is een vertrouwde groep om je heen: je kunt je kinderen dus ook bij je oma of bij iemand anders laten. Je hoeft niet eindeloos oppassers te regelen. Mooi die samenleving, ik voel me daar erg thuis. Ik ben ontzettend blij, met die ongelooflijke ervaring, met de man in mijn leven, en hoe wij dat allemaal doen. Ik ben heel, heel erg blij. Ik heb een mooi en goed leven - denk ik zelf. Had slechter gekund.”
,,Wij wilden Wilders meenemen naar een van onze projecten die met overheidsgeld uitgevoerd worden. Wij zetten ons specifiek in voor meisjes, omdat zij in ontwikkelingslanden zo achtergesteld zijn omdát het meisjes zijn. Ze mogen niet naar school, ze moeten ver weg water halen, ze moeten op hun broertjes zusjes passen.
Wij weten - daar is veel onderzoek naar gedaan - dat echt iets kunt doorbreken als meisjes opgeleid worden. Later verdienen zij meer geld, en stoppen zij geld weer terug in hun gezin. Bovendien zullen zij niet meer tien kinderen krijgen, maar misschien twee, drie of vier. En ook hun kinderen worden opgeleid.
Wij hebben in tien landen een Girl Power-programma, samen met vijf andere organisaties. We zorgen dat meisjes naar school gaan, dat ze voorgelicht worden over weerbaarheid tegen geweld, in de maatschappij meedraaien en trots zijn op zichzelf. Dat kunnen we echt laten zien.
Wilders heeft helaas ‘nee’ gezegd, maar nu hebben we de VVD en het CDA uitgenodigd. Want we nemen dit echt serieus. We doen dit project in een paar islamitische landen: Pakistan en Bangladesh, maar ook in Nepal. In Afrika zitten we in Ethiopië, Liberia, Sierra Leone, Ghana en Zambia. En in Latijns-Amerika: Nicaragua, Bolivia.
In het begin was ik in de ontwikkelingssamenwerking vooral bezig op het community-niveau: met die wijken, met die dorpen, met die mensen. Dat is ongelooflijk belangrijk. Maar wat bij mij is veranderd, is het idee dat je moet samenwerken met overheden. Heel veel mensen hier denken: ‘Die overheden zijn corrupt. Dat moet je niet doen. Dat is weggegooid geld.’ Maar de overheid is degene die blijft.
Al betekent dat niet dat je de corruptie daarom op de koop moet toenemen. Je kunt eindeloos scholen bouwen, maar dat alleen is niet goed: je moet een goede leerkracht hebben, kinderen moeten ontbijt krijgen om geconcentreerd te kunnen zijn, er moeten leermiddelen zijn, er moet een weg zijn waarover de kinderen naar die school kunnen komen. Nou, noem maar op. Je móét met de overheid samenwerken. Dat is soms lastig: twee stappen vooruit, één terug. Daar moet je geduld voor hebben. Maar het is voor mij een eyeopener geweest dat dat de enige manier is.”